Verkondiging over Lukas 4:16-30.
Jezus preekt in de synagoge van Nazareth over de Messiaanse tekst van Jesaja 61:1-4. Maar het is heel bijzonder om te zien wat Hij weglaat uit de tekst - de verwijzing namelijk naar de dag van de wraak van de Heere - en welke interpretatie Hij verder aan deze woorden geeft. Zowel Hij als de leden van de Synagoge lezen de tekst als een verwijzing naar de Messias. Het nieuwe is niet alleen dat Jezus uitspreekt dat deze profetie in Hem - voor uw oren - vervuld is. Voor de hoorders in de synagoge gaat het in de tekst van Jesaja om de verdelging van de vijanden van Israël en de bevrijding van het volk uit vreemde overheersing; voor Jezus gaat het om de bevrijding van de zonde en de vernieuwing van het hart. Het heil is niet per se zomaar beschikbaar voor het volk als geheel: de weduwe in Zarephta en Naäman de Syriër kregen deel aan een heil dat aan het volk niet toekwam vanwege hun ongeloof. Het is duidelijk dat de synagoge de diagnose niet aanvaardt: zij, de joden, zijn geen "zondaars uit de volkeren" en hebben een privilege bij God, ondanks hun morele houding. Jezus komt als geneesheer echter voor armen, blinden, gevangenen, verdrukten in hart, voor gebondenen. Niet voor de rechtvaardigen in Israël - die zijn er ook niet in Gods ogen. Het verschil is aanleiding tot een woedende reactie waarbij de mensen in de synagoge - allemaal goede bekenden van Jezus die daar is opgegroeid en 30 jaar gewoond heeft - Hem zelfs proberen te vermoorden.
Create your
podcast in
minutes
It is Free